Duurzame inzetbaarheid concreet gemaakt
Vitaliteitstraject heeft meetbaar en voelbaar resultaat
Is duurzame inzetbaarheid nu zo’n trend of containerbegrip? Hoe maakt u het concreet binnen uw organisatie? Onderwijsorganisaties zijn op zoek naar een concrete aanpak om duurzame inzetbaarheid effectief te vergroten. En uiteraard willen ze ook weten wat het oplevert. Een vitaliteitstraject leidt tot meetbaar én voelbaar resultaat.
Vitaliteit en duurzame inzetbaarheid zijn voor álle onderwijsorganisaties van belang. Of het nu gaat om organisaties in het PO, SO, VSO, VO of welke sector ook. Hoe kunnen zij daaraan werken? De middelbare school in dit artikel startte een vitaliteitstraject. Een traject dat voor deze school tot goede resultaten leidde en waar ook andere onderwijsorganisaties baat bij kunnen hebben.
Zorgen
Donderdagmorgen elf uur: een vergadering met de directie van een middelbare school in het Brabantse. “We maken ons zorgen over de balans van onze medewerkers binnen de school”, vertelt de rector. “Over werkdruk wordt regelmatig geklaagd, terwijl wij al verschillende maatregelen hebben getroffen om de taakbelasting en overlegfrequentie te verlagen.”
Wat kunnen we nog meer doen?
Uit het PSA-onderzoek (Psycho-Sociale Arbeidsbelasting ) kwam naar voren dat 38% van de medewerkers een onbalans voelt tussen werk en privé en dat 31% zich ‘leeg voelt’ aan het einde van de dag. “Wat kunnen we nog meer doen?” vraagt ze. De school heeft een goede reputatie, doet periodiek een medewerkerstevredenheidsonderzoek, houdt leerlingenenquêtes, heeft een proactieve bedrijfsarts, doet lesvisitaties door collega’s en nog veel meer. Kortom, de school doet veel voor het welzijn van de medewerker. “Toch wil ik meer doen”, vertelt de rector verder. “Ik wil dat de medewerkers meer regie voelen en nemen over thema’s als werkdruk en balans. Kom eens met een voorstel”, vraagt ze. Het PSA-onderzoek laat verder zien dat er bij medewerkers een relatief grote mate is van perfectionisme. Zo’n 50% van de medewerkers eist van zichzelf niets anders dan foutloosheid, 79% noemt zichzelf behoorlijk perfectionistisch. “Kijk, daar kan aan gewerkt worden!”’ zegt de rector in kwestie. “De wereld om ons heen veranderen we niet, maar de manier waarop we ermee omgaan zeker wel!”
Starten met vitaliteit
Als antwoord op de vraag van de rector wordt gestart met werken aan de vitaliteit van de mensen in de organisatie. In het traject – ‘Krachtig in Balans’ – draait het om het versterken van het persoonlijk leiderschap van medewerkers. Vitaliteit dient hierbij als graadmeter voor duurzame inzetbaarheid. Vitalere medewerkers zijn immers duurzamer inzetbaar. Hoe meer professionals vanuit hun kern, talenten en energie werken, hoe bevlogener ze aan het werk zijn. Dat zorgt ervoor dat ze meer in balans blijven. Om het maar simpel te stellen: als medewerkers meer vanuit deze kracht en energie werken, gaan ze beter voor zichzelf zorgen, terwijl ze toch rekening blijven houden met hun omgeving.
Snel tot de essentie
Een persoonlijk vitaliteitsgesprek van een uur maakt deel uit van het traject. Dit gesprek is vrijblijvend en het besprokene blijft vertrouwelijk. De medewerker spart met de vitaliteitscoach over zijn vitaliteit, levensfase en persoonlijke energiemanagement in de verschillende levensgebieden. “Tijdens het vitaliteitsgesprek kom je vaak snel tot de essentie van knooppunten bij de medewerker of ontwikkelvraagstukken rondom het persoonlijk leiderschap van de medewerker”, zegt vitaliteitscoach Greg Kalfus. “Zo fijn dat dit gesprek met een vitaliteitscoach plaatsvindt. Nu kan alles gezegd worden. Reflectie op je vitaliteit en daarmee inzetbaarheid is zo belangrijk! Het is toch dramatisch te horen dat iemand er als een berg tegenop ziet om zijn werk te blijven doen tot aan zijn of haar pensioen terwijl hij nog twaalf jaar te gaan heeft. Twaalf jaar! Maar tegelijk”, vertelt Greg verder, “is het prachtig als een organisatie dit proces faciliteert. Als een organisatie de medewerker in kwestie laat nadenken over deze vraagstukken en hierin de regie laat nemen. De medewerker is ook aan zet. Waar kiest hij voor? Of juist niet? Wat maakt dat de medewerker niet de juiste keuzes maakt? Het gaat erom dat hij niet wacht op wat de leiding doet of besluit, maar dat hij zelf regie houdt over zijn werk én zijn leven!”
Andere keuzes
Een vitaliteitsgesprek heeft veel effect, meent Greg Kalfus. “Mensen die zich verder in hun vitaliteit en persoonlijk leiderschap willen ontwikkelen, kiezen zelf vaak een bekende oplossingsrichting. We noemen dit hun persoonlijk patroon. Het mooie is dat 60% van de medewerkers na afloop van een vitaliteitsgesprek een andere vervolginterventie kiest, dan dat ze van tevoren hadden bedacht. Prachtig om mensen op een ander spoor te mogen zetten!”
Totale systeemaanpak
Ook de leiding heeft een sleutelpositie in het vitaliteitstraject. Zelf over je eigen vitaliteit als leidinggevende praten in het sectieoverleg, ambassadeur worden van het vitaliteitsprogramma, getraind worden om met medewerkers het gesprek aan te gaan zonder de coach te worden: dat zijn allemaal zaken die horen bij de borging van een dergelijk traject. Duurzame inzetbaarheid vraagt om een totale systeemaanpak, topdown en andersom.
Wat levert het op?
Werken aan vitaliteit en persoonlijk leiderschap is werken aan het fundament van de medewerker. Werk met plezier en enthousiasme doen, een balans voelen tussen werk en privé, de ruimte voelen om snel mee te gaan met verandering en creatief kunnen zijn leveren de professional én de organisatie veel op. Leraren staan met meer plezier en energie voor de klas, collega’s werken makkelijker samen, teams functioneren beter en de flexibiliteit en aanpassingsbereid van de organisatie nemen toe. En ja, in de organisatie is dat allemaal meetbaar – in bijvoorbeeld daling van het arbeidsverzuim – én voelbaar.
Wat kan B&T voor u betekenen?
B&T ondersteunt onderwijsorganisaties op diverse manieren bij het verbeteren van de vitaliteit en duurzame inzetbaarheid van medewerkers. Met vitaliteitstrajecten en op andere manieren. Meer daarover leest u hier.