[Intermezzo] ‘Bemoei je er niet mee’
Vertrouwen als principiële keuze
Wekelijks, of soms zelfs dagelijks, koppen de Nederlandse dagbladen iets over het onderwijs. Recent schreef de Volkskrant nog ‘Samson wil jaarlijks vele miljarden meer voor onderwijs’ en viel in het dagblad Trouw te lezen ‘Ongelijke kansen in het onderwijs zijn direct gevolg van beleid’. Het waren reacties op het recent verschenen rapport van de Inspectie van het Onderwijs ‘De Staat van het Onderwijs’. Het rommelt in de sector. Nieuwe ideeën, zoals OnsOnderwijs2032, zetten de meningen op scherp, cao-onderhandelen slagen pas na weken moeizaam overleg en, terwijl de inkt van enkele wetswijzigingen nog droogt, worden genomen besluiten alweer heroverwogen.
De rol van het eindadvies in het basisonderwijs is een van de voorbeelden waaruit blijkt dat wet- en regelgeving alle kanten op gaat. Deze wisselvalligheid is echter niet alleen iets van vandaag, denk ook aan de invoering van de tweede fase en de onzekerheid rondom het maatwerkdiploma. Je kunt je afvragen of het erg is; beleidsevaluaties kunnen immers aantonen dat iets minder goed werkt of er kunnen bepaalde neveneffecten optreden die vooraf niet zijn voorzien. Het is dan ook een illusie om te verwachten dat de ideale organisatievorm bestaat. Maar des te belangrijker is het dat we zorgen dat de sector kan veranderen en meebewegen, zonder dat vooraf precies uitgestippeld is hoe en waarheen.
Een advies aan de minister
Het huidige besturingssysteem biedt deze mogelijkheid niet. Overheidsbeleid schrijft vooral voor hoe de sector zich dient te gedragen en laat weinig beleidsruimte over voor de scholen. Beheersbaarheid en controle staan centraal. In een editie van Management en Consulting (2, 2015) schrijft B&T in een advies aan minister Bussemaker dat de onderwijssector toe is aan andere omgangsvormen. In plaats van voor te schrijven hoe scholen zich dienen te gedragen, kan de overheid ook sturen op wat belangrijk is en waarom. Om vervolgens voor de uitvoering te vertrouwen op de professionaliteit van de sector.
Het stellen van andere vragen is een gedeelte van het advies. De beheersdrift van de overheid zorgt er namelijk ook voor dat scholen en besturen een deel van hun autonomie inleveren. De overheid beperkt zich niet tot het vormgeven van beleid maar claimt tegelijkertijd een plekje aan het bureau van de bestuurder. Aan deze steeds onduidelijker scheiding van verantwoordelijkheden moet volgens ons een eind komen. Andere omgangsvormen betekent dan ook dat je je aan je rol houdt om de ander ruimte te geven. Iedere laag in het onderwijs moet zijn eigen verantwoordelijkheid kunnen nemen, niet door nieuwe maatregelen en wetten, maar juist door deze op te ruimen en daadwerkelijk ruimte te creëren.
Wat is daarvoor nodig?
Rolvast gedrag is nodig om professionals ruimte te geven en aangesproken te kunnen worden op de eigen verantwoordelijkheden. Dat dit lastig is, blijkt wel uit de gesprekken die we tot nu toe hebben gevoerd in het kader van ‘De vertrouwensdialoog’. Vertrouwen wordt namelijk al snel neergezet als afhankelijkheid: laat eerst maar zien dat je bekwaam of bevoegd bent en dan kan ik je vertrouwen! Dus als het gaat over vertrouwen komt men al snel in elkaars ruimte en bemoeit men zich ook met de ander zijn rol.
Durf te kiezen
Als we met elkaar vertrouwen blijven beschouwen in de afhankelijkheid van de ander zal er veel over gesproken blijven worden maar blijft het een illusie. Als we met elkaar blijven sturen op hoe het onderwijs er uit moet komen te zien, vergeten we de belangrijke vragen als wat willen we bereiken met ons onderwijs en waarom willen we dat? Zo kunnen we moeilijk veranderen en meebewegen met een onzekere toekomst.
Is het dan zo simpel dat we kunnen kiezen voor vertrouwen? We weten immers hoe waardevol vertrouwen is in een organisatie en wat het oplevert wanneer professionals elkaar vertrouwen. Is het dan mogelijk om vertrouwen te beschouwen als principiële keuze, niet afhankelijk van de kwaliteiten van de ander maar omdat het past bij een professionele schoolcultuur?
Het vervolg
We vervolgen de vertrouwensdialoog door opnieuw met een aantal professionals uit het onderwijs in gesprek te gaan en zijn benieuwd naar hun ideeën over vertrouwen als principiële keuze en manieren om vertrouwen te ontwikkelen in een organisatie. De vorige gesprekken hebben we met veel plezier gevoerd en gaven ons leuke en leerzame inzichten.